Column BKV; Ik ben gewoon niet zo ambitieus

Droombaan

Er lijkt in de wereld van de dokters een nieuwe trend te zijn ontstaan of wellicht is het een nieuwe generatie: diegene die werken om te leven in plaats van andersom. De jonge dokters die hun werk-privé balans heel belangrijk vinden en heel bewust hun eigen keuzes maken. Zo zien alle ziekenhuizen de laatste tijd het aantal ANIOS teruglopen en zijn er veel jonge dokters die kiezen voor een vakgebied buiten het ziekenhuis. Iets wat absoluut niet betekent dat men minder ambitie heeft. Maar de verschuiving is wel opvallend. Vaker hoor je coassistenten en jonge dokters die zich oriënteren op de banenmarkt aangeven dat zij geen lange opleiding willen volgen met het risico op werkloosheid nadien of het feit dat er tijdens de opleiding geen tijd zou overblijven voor de leuke dingen in het leven.

De vraag is wat de oorzaak is van deze verschuiving. De Corona pandemie waarbij de wereld even stil stond? De toenemende onzekerheid op vele vlakken in ons leven, zoals de dure boodschappen, de hoge energieprijzen, krapte op de huizenmarkt en de jonge klaren die werkloos thuis zitten? Of hebben we eindelijk onze ogen geopend en zijn we erachter dat er meer is dan alleen werk?


Hoe je het ook went of keert, het ziekenhuissysteem moet mee met deze trend en zal zich moeten aanpassen. Zorgen dat de jonge dokters graag in het ziekenhuis willen werken, dit werk beter kunnen combineren met hun privéleven, meer zekerheid bieden en ruimte creëren voor autonomie. Dat is natuurlijk niet 1,2,3 geregeld. Ondertussen moet het wel werkbaar blijven voor de huidige A(N)IOS, want als AIOS weet ik: door het huidige artsen te kort wordt de dienstbelasting hoger en neemt de werkdruk toe. De diensten zullen immers toch gedraaid moeten worden. En daarmee geven we momenteel niet het juiste voorbeeld aan de coassistenten en semi-artsen. Zitten we hiermee in een neerwaartse spiraal? Wellicht.

Volg je hart

Tijd om stappen te zetten: door het ziekenhuis én door de jonge dokter. Probeer te kiezen met je hart, niet vanuit angst. Kies voor de leukste baan en niet voor het mindere alternatief met zekerheid. Maar laten we ook onze grenzen blijven aangeven en daarmee streven naar heel erg leuk werk én een heel erg fijn privéleven.

In gesprek met een AIOS Arts voor Verstandelijk Gehandicapten

Deze week ga ik in gesprek met dr. Renée Blom, zij is in opleiding tot arts voor verstandelijk gehandicapten (AVG). Voor vele een onbekend specialisme, en precies daarom is het zo leuk om er meer van te weten te komen! Wat wist je bijvoorbeeld dat..
* Er in Nederland zo’n 142.000 mensen zijn met een verstandelijke beperking? Om dit in perspectief te plaatsen; in 2021 waren er in Nederland 290.000 mensen met dementie.
* Nederland het enige land ter wereld is met dit specialisme en dat dit pas sinds 2000 bestaat?
* Een huisarts poliklinisch kan verwijzen naar een arts voor verstandelijk gehandicapten?

Renée Blom

Renée, wat leuk dat je iets willen vertellen over jouw werk! Vertel eens, hoe zien jouw dagen eruit als Arts voor Verstandelijk Gehandicapten in opleiding? 
Mijn dagen zien er meestal heel afwisselend uit! Ik werk op de medische dienst van een instelling waar cliënten met een verstandelijke beperking wonen. De cliënten die daar wonen variëren van jong tot oud en van mensen met een licht verstandelijke beperking tot een ernstige meervoudige beperking. Doordat de mensen binnen de instelling wonen en niet per definitie ziek zijn, noemen wij hen dan meestal ook niet patiënten maar cliënten of bewoners.
Op een gemiddelde dag heb ik spreekuur, maar ik doe ook visites bij cliënten voor wie het lastiger is om naar de medische dienst te komen. Verder heb ik regelmatig overleg met alle disciplines betrokken rondom een cliënt (zoals gedragsdeskundigen, fysiotherapie, logopedie, ergotherapie, verwanten) in de vorm van een MDO. Ook werk ik om de week een dag voor een kinderdagcentrum voor kindjes met een verstandelijke beperking. Verder heb ik af en toe poli waarbij mensen worden gezien die niet wonen binnen een instelling, maar waar wel behoefte is aan de expertise van een Arts VG (zoals bijvoorbeeld de Down poli in het MUMC).

Waarom heb je gekozen voor Arts voor Verstandelijk Gehandicapten, was het een lastige keuze? 
Ik heb altijd al affiniteit gehad met de doelgroep, doordat mijn moeder werkt als activiteitenbegeleidster voor mensen met een verstandelijke beperking. Tijdens mijn geneeskunde opleiding heb ik dan ook een keuzeblok en mijn sociale coschap in deze richting gevolgd. Later in de opleiding heb ik nog de ambitie gehad om kinderarts te worden. Echter tijdens mijn semi-artsstage merkte ik hoe hoog de werkdruk is binnen de kindergeneeskunde en hoe moeilijk het kan zijn om een opleidingsplek te kunnen krijgen. Ook twijfelde ik of ik uiteindelijk echt in het ziekenhuis zou willen werken. Toen ik vervolgens een vacature voor basisarts binnen de gehandicaptenzorg tegenkwam, werd ik hier wel heel nieuwsgierig naar. Met het idee dat ik altijd weer terug kon naar het ziekenhuis ben ik dat toen gaan doen. Vervolgens heb ik het ziekenhuis nooit meer echt gemist en vond ik het specialisme waar ik naar op zoek was!
Binnen het werk als Arts voor Verstandelijk Gehandicapten vind ik nu eigenlijk alles wat ik leuk vind.

Wat houdt het vak precies in?
We zijn er in principe voor alle mensen met een verstandelijke beperking. In Nederland zijn dit zo’n 142.000 mensen, die dus een IQ hebben onder de 70. Binnen deze groep heeft ongeveer de helft een lichte verstandelijke beperking en de andere helft een matige, tot ernstige of zeer ernstige verstandelijke beperking. De oorzaak van deze verstandelijke beperking kan met de huidige technieken bij 80% van de mensen verklaard door een genetische afwijking. Soms zijn dit bekende afwijkingen zoals het syndroom van Down, maar vaak zijn dit ook zeldzame syndromen waarbij allerlei orgaansystemen betrokken kunnen zijn. Kennis van deze syndromen is dan ook belangrijk binnen ons vakgebied omdat je dan weet of je bijvoorbeeld alert moet zijn op cardiale problematiek of visusproblemen. Soms kan een verstandelijke beperking ontstaan door hersenschade rond de geboorte of op latere leeftijd (niet aangeboren hersenletsel), waarbij epilepsie en/of spasticiteit weer meer voorkomt. Een andere groep binnen ons werk zijn de cliënten met een lichte verstandelijke beperking, die in de steeds moeilijker wordende maatschappij tegenwoordig minder goed mee kunnen komen. Binnen deze groep spelen soms ook dingen als psychiatrische stoornissen of verslaving. Soms laten cliënten ook gedragsproblemen zien zoals agressiviteit of automutilatie waarbij we dan meekijken of dit een lichamelijke oorzaak kan hebben.
We zijn eigenlijk een soort generalistische specialist. We kijken naar het hele plaatje rondom een cliënt, maar hebben daarbij hele specifiek kennis over zaken als epilepsie, genetica, revalidatiegeneeskunde, psychiatrie e.d. Op deze vlakken werken we samen met andere specialisten. Zo komt er binnen de instelling elke paar maanden een neuroloog, revalidatiearts, psychiater, internist, reumatoloog en klinisch geneticus langs die dan spreekuur doet op locatie.
Een deel van de mensen met een verstandelijke beperking woont niet binnen een zorginstelling, maar bijvoorbeeld bij ouders thuis. Deze mensen hebben allemaal een eigen huisarts, maar voor een huisarts kan het soms lastig zijn om de zorg rondom een specifiek syndroom of gedragsproblemen op zich te nemen. Voor deze groep mensen zijn we poliklinisch te betrekken op verwijzing van de huisarts. Ook zijn er voor veel syndromen speciale expertisecentra binnen de academische ziekenhuizen waar meestal ook een Arts Verstandelijk Gehandicapten aan verbonden is.

‘We zijn eigenlijk een soort generalistische specialist met specifieke kennis over syndromen en alles dat daarbij hoort’

Hoe ziet de sollicitatieprocedure voor een opleidingsplek eruit? 
De sollicitatieprocedure bestaat als uit het schrijven van een motivatiebrief en aanleveren van CV. Vervolgens word je uitgenodigd voor het sollicitatiegesprek wat volgens de STAR-methode wordt uitgevoerd. Hierbij wordt dus specifiek ingegaan op situaties die je hebt meegemaakt en hoe je hierop kunt reflecteren. Als je vervolgens bent aangenomen wordt gekeken op welke locatie er een opleidingsplek beschikbaar is om geplaatst te kunnen worden.

En hoe ziet de opleiding er vervolgens dan uit? 
De opleiding duurt in totaal 3 jaar en is georganiseerd vanuit het Erasmuc MC in Rotterdam. Er is een wekelijkse onderwijsdag op maandag en deze is de ene week fysiek in Rotterdam en de andere week digitaal. In het eerste en het derde jaar van de opleiding ben je werkzaam binnen een instelling voor mensen met een verstandelijke beperking onder supervisie van je opleider. In het tweede jaar ben je een geheel jaar bezig met het doen van stages binnen aangrenzende vakgebieden (zoals psychiatrie, klinische genetica, revalidatie, epilepsiezorg, ouderengeneeskunde). Deze stages mag je zelf uitkiezen zodat ze aansluiten op jouw interesses en leerdoelen.
De opzet van de opleiding lijkt dus erg op die van de huisartsenopleiding, echter is de inhoud heel anders. We leren vooral over alle zaken die specifiek komen kijken bij mensen met een verstandelijke beperking, zoals kennis over syndromen, epilepsie, bewegingsproblemen, gedragsproblemen enz.
Ik volg de opleiding fulltime, maar er bestaat ook de mogelijkheid om deze parttime te volgen. Het is nog een jong specialisme (het is erkent sinds 2000), dus daarmee is het nog volop in ontwikkeling. Er zijn veel mogelijkheden om je verder te specialiseren in een specifieke richting maar het is ook mogelijk om heel breed te blijven werken.
Een PhD traject is ook een optie! Dit wordt een AIOTO traject genoemd waarbij je de opleiding afwisselt met het doen van onderzoek. Dit is dan een gecombineerd traject van 5 tot 6 jaar waarbij de AIOS in blokken om en om werkt aan het onderzoek en stukken van de opleiding doorloopt. Vaak zijn er vanuit het Erasmus MC of vanuit het Radboud UMC lopende onderzoeken vanuit waar een PhD kandidaat wordt gezocht.

Is het lastig om een opleidingsplek te bemachtigen. Wat zijn de criteria? 
In principe is dit niet heel lastig. Doordat het een erg onbekend specialisme is, worden de opleidingsplekken helaas elk jaar nog niet helemaal opgevuld. Er zijn geen specifieke criteria om te kunnen solliciteren. Wel is het natuurlijk een pré als je al wat ervaring hebt met de doelgroep.
 
Wat vind je het allerleukst aan jouw baan? En wat het lastigst?  
Het allerleukste vind ik het contact met de cliënten. Zij zijn heel puur in hun reactie en altijd eerlijk. Dus ik kan best wel eens te horen krijgen dat ik bijvoorbeeld een rare trui aan heb, maar vervolgens ook dat ze blij zijn met mij als dokter. Doordat ik langdurig betrokken ben bij de cliënten, leer ik hen goed kennen en dit helpt mij vervolgens om ook te kunnen zien wanneer het minder goed met hen gaat. De communicatie met de cliënten kan soms een uitdaging zij, want een deel van de cliënten kan bijvoorbeeld niet praten. Daardoor kunnen zij hun klachten niet verbaal uiten en kan het soms een hele zoektocht zijn om te achterhalen waarom iemand bijvoorbeeld pijnklachten lijkt te uiten. Daarin is het dan belangrijk om goed te luisteren naar de begeleiding van de woongroep, andere betrokken disciplines en verwanten om alle kleine signalen te verzamelen. Vervolgens ga je samen puzzelen naar de oorzaak van de klachten en hoe je de cliënt het beste kunt helpen.
Verder vind ik de afwisseling erg leuk. We zorgen dus voor alle mensen met een verstandelijke beperking, dus dit maakt dat we ons met veel verschillende dingen bezighouden. Het ene moment kun je bijvoorbeeld een gesprek voeren met iemand met een licht verstandelijke beperking en slaapproblemen, het andere moment word je geroepen bij iemand in een epileptisch insult of begeleid je iemand in de terminale fase.

Draai je ook diensten? En hoe zien die diensten eruit?
Dit verschilt per locatie. Op sommige plekken draaien de artsen diensten in de vorm van bereikbaarheidsdienst. Er is dan een verpleegkundige voorwacht en je bent dan oproepbaar vanuit huis. Op de locatie waar ik momenteel werk is er een overeenkomst met de huisartsenpost, waardoor zij worden benaderd in de avond-nacht en weekenden. Wel zijn we als Arts VG voor de HAP bereikbaar voor specifieke vragen waar zij minder ervaring mee hebben (zoals epilepsie, gedragsproblemen e.d.).

Hoe veel administratie heb jij? Is dat net zoveel als in het ziekenhuis? 
Dit verschilt nogal per dag. Voor de cliënten die wonen binnen de instelling waar ik werkzaam ben, hoef ik geen brieven of iets dergelijks te maken. Daarvan hoef ik alleen mijn notities van een consult of visite te noteren. Wel hebben we ook wat administratieve taken die voortkomen doordat de cliënten binnen de instelling wonen, zoals het invullen van zaken in het zorgplan of opstellen van verklaringen voor aanvragen voor hulpmiddelen.

Heb je tips voor (jonge) dokters die twijfelen over hun opleidingskeuze? 
Mijn tip zou vooral zijn om te gaan kijken bij alle specialismen die je interessant lijken om zo een breed beeld van de opties te krijgen. Daarbij is het inhoudelijke natuurlijk belangrijk, maar denk ook na over de randvoorwaarden zoals werktijden, dienstbelasting e.d. Ook zou ik bij deze mensen wel willen aanmoedigen om ook te denken aan de specialismen buiten het ziekenhuis!

Blog 26; in gesprek met medisch-adviseurs van VvAA

Het was even wat stiller op de website, maar vandaag is er weer een splinternieuwe blog! Ditmaal ga ik in gesprek met Henrike en Jobien, beide hebben ze langere tijd gewerkt als arts in de kliniek en beide hebben ze de switch gemaakt naar arts zijn bij VvAA. Ze werken als medisch adviseur en geven ons een inkijkje in hun keuzes en in hun werkende leven.

Hoe ziet jullie werk als medisch adviseur eruit?
Henrike: Mijn taak als medisch adviseur is o.a. advies geven over aansprakelijksheidszaken. In de zaken die ik doe gaat het vrijwel altijd om een huisarts aangezien ikzelf afgestudeerd huisarts ben. Concreet betekent dat wanneer een arts (verzekerd bij VvAA) aangeklaagd en beschuldigd wordt van het veroorzaken van schade of leed bij een patiënt dat ik me als medisch adviseur verdiep in de casus en beoordeel of de arts medisch gezien juist gehandeld heeft. Daarbij is vooral belangrijk of de arts heeft gehandeld zoals zijn gemiddelde collega zou hebben gehandeld en niet of het met de kennis achteraf anders had gekund. Ik geef daarbij een advies aan de schade behandelaar en zij beoordelen of ze de aansprakelijkheid erkennen ja of nee. Het werk als medisch adviseur is overigens vaak wisselend. We geven ook adviezen over schades die ontstaan zijn door ongelukken, annuleringen van reisverzekeringen ed. Medisch adviseurs werken op heel verschillende plekken, ons werk is daarom niet onder één noemer te brengen.
Jobien: Ook ik werk als medisch adviseur en houd me voornamelijk bezig met medische aansprakelijkheid, meestal bij zaken waarbij een internist betrokken is aangezien ik internist ben. Daarnaast heb ik ook een aantal andere taken. Zo geef ik richting en inhoud aan het medisch risicomanagement en preventie, onder meer door analyse van de claimdata en het delen van de inzichten met de verzekerde zorgverleners en zorginstellingen. Ik kan, mede doordat ik zelf in het ziekenhuis gewerkt heb, de verbindende schakel zijn tussen grote instellingen en VvAA op het gebied van preventie; géén afvinklijstjes vanuit de verzekeraar, maar ondersteuning bieden bij het kwaliteitsbeleid van de instelling. In gezamenlijkheid ontwikkelen we dan een preventie strategie. Verder vertolk ik binnen VvAA  “de doktersstem”  bij ontwikkelingen. Zo heb ik bijvoorbeeld mee gedacht over de ontwikkeling van een medische aansprakelijkheidsverzekering voor ziekenhuizen en speel ik een rol in de profilering van VvAA op thema’s rondom klachten en claims. Zo organiseren we bijvoorbeeld webinars over klachten en claims.

Jobien, over wat voor onderwerpen gaan zulke webinars dan?
Bijvoorbeeld over wat goede dossiervoering is. Wat hoort erin te staan en hoe vermeld je bepaalde zaken? Daarnaast hebben we laatst een webinar gegeven over hoe om te gaan met een ontevreden patiënt. Elke dokter zal dat in zijn of haar carrière eens mee maken, het is goed om te weten hoe je daar mee om kunt gaan, welke wegen je het beste kan bewandelen, hoe je er voor zorgt dat een klacht of claim je niet teveel uit balans brengt.

Henrike, waarom ben je gestopt met huisarts zijn en hoe ben je bij de VvAA terecht gekomen?
Ik ben zo’n 7 jaar huisarts geweest, maar ik voelde op een gegeven moment dat dat niet langer was wat ik graag wilde. Dat had eigenlijk met meerdere dingen te maken, een deel daarvan was dat de vele (vaak korte) contacten mij onvoldoende energie opleverden. Ik voelde een bepaalde verantwoordelijkheid voor het geluk van de persoon aan de andere kant van de tafel wat ik niet prettig vond. De praktijk waar ik werkte vond ik wel heel erg leuk. Ik zag collega’s elke dag blij worden van hun werk en merkte dat ik dat niet meer had. Ik wist dus dat ik geen huisarts meer wilde zijn, maar tja, wat ga je dan doen? Uiteindelijk ben ik na een periode goed nadenken eerst gestopt met mijn praktijk. Dat was een hele stap. Na een half jaar kwam ik via via bij de VvAA terecht, sinds begin 2021 werk ik als medisch adviseur en dat bevalt enorm goed!

Ik had het idee dat ik pas kon stoppen met huisarts zijn zodra ik wel wist wat ik wilde.’

Was het voor jullie een lastige keuze om te stoppen als arts?
Henrike: Ja, ik vond het best lastig. Met name omdat ik goed wist dat ik geen huisarts meer wilde zijn, maar niet goed wist wat ik dan wel wilde. Ik had het idee dat ik pas kon stoppen zodra ik wist wat ik wilde. Uiteindelijk was de stap om te stoppen het belangrijkste, die gaf daarna ruimte om mij opnieuw te oriënteren.
Jobien: Ik werk nu dik 2,5 jaar bij de VvAA en heb 10 jaar gewerkt als internist. Ik vond het contact met de patiënt het allerleukst, maar door de hoge administratielast was daar steeds minder tijd voor. Ik kreeg ook het gevoel dat ik stil stond in mijn ontwikkeling, terwijl ik graag verder wilde leren  en nieuwe ervaringen wilde opdoen. Dat heb ik in het begin ingevuld door mijn werk als internist te combineren met neventaken zoals bijvoorbeeld onderdeel te zijn van het dagelijks  bestuur van de vakgroep waarin ik werkte. Ik ben ook iets minder dagdelen als internist gaan werken om in de raad van bestuur van een eerstelijns diagnostisch centrum te werken.  Maar uiteindelijk merkte ik, net als Henrike, dat het werken als internist mij steeds minder energie opleverde in verhouding tot de energie die ik er in stak. Toen begon ook steeds zwaarder te wegen dat ik weinig tijd overhield voor andere dingen zoals mijn gezin en mijn hobby’s. Die afweging is natuurlijk voor iedereen anders maar uiteindelijk ben ik ontzettend blij met mijn keuze. Als ik mijn keuze aan collega’s uitlegde begrepen ze het wel.  Sommigen gaven zelfs toe dat zij ook weleens twijfelden en vonden het geruststellend dat, mochten zij ook ooit voor de keuze staan,  er ook andere interessante functies zijn, ook buiten het ziekenhuis.

Hoe belangrijk is het dat je opgeleid bent als dokter als je medisch adviseur bent?
Jobien: Heel erg belangrijk! Als dokter begrijp je de arts-patiëntrelatie, de dossiervoering, weet je hoe dingen soms kunnen lopen in het ziekenhuis, snap je de taakverdeling en ga zo maar door. Het leuke voor mij nu is dat ik de wereld van de dokter vanuit een andere positie leer kennen. Maar er zijn veel raakvlakken, ik sta nog steeds voor een goede kwaliteit van zorg en een continue verbetering.

‘Accepteer dat carrièrewensen en verwachtingen kunnen veranderen’

Hoe ziet jullie week er praktisch gezien uit?
Henrike: Door Corona heb ik vrijwel alleen maar thuis gewerkt. Mogelijk dat ik straks één keer per week naar kantoor ga voor overleggen. Ik zit veel achter de computer en werk zelfstandig aan de zaken. Een aantal keer per week heb ik een overlegmoment met collega’s of juristen. Ik werk momenteel 2,5 dag.
Jobien: Mijn weken zijn wisselend. Ik heb weken met veel overleggen, maar ga soms ook naar klanten toe. Daarnaast werk ik zelfstandig, maar ook veel in groepsverband. Het is ontzettend afwisselend. Het fijne is dat ik mijn agenda aardig goed zelf kan indelen.

Hebben jullie nog tips voor de lezers van deze blog?
Henrike: mijn belangrijkste tip is om je vooraf goed te oriënteren wat bij je karakter past. Daaropvolgend is mijn andere belangrijkste tip dat je gedurende je carrière je keuzes kunt bijstellen/evalueren. Die wetenschap geeft veel vrijheid.
Jobien: Daar sluit ik me bij aan! Accepteer van jezelf dat je carrièrewensen en verwachtingen kunnen veranderen en luister daarnaar. Het brengt je op nieuwe plekken met nieuwe energie.


Wil jij ook iets vertellen over jouw werk en de keuzes die je gemaakt hebt? Mail naar mailto:doktersdiehetandersdoen@gmail.com